Vorm: Weigering
Jaar: 1648
Gewest: Friesland
Plaats: Friens
Pier (1626-1665) en Foockel (ca 1628-1651) waren beide wezen. Hij zocht zo rond 1647-1648 omgang met haar, dat wil zeggen hij wilde toestemming van haar voogd om met haar verkeren met het oog op een eventueel huwelijk. Hoe ze elkaar kenden, vertelt D.J. van der Meer niet, van wie onderstaand relaas deels afkomstig is. Pier was geboren in Friens, wellicht kenden ze elkaar al vanaf hun jeugd.
De voogd van Foockeltje, Tjalling van Eysinga, was tegen die omgang. Ook daarvoor is geen reden bekend, maar uit andere, soortgelijke zaken is op te maken dat mogelijk de bezittingen van het meisje interessant genoeg waren om die binnen het bereik van de voogd te houden. Misschien had hij al een andere huwelijkskandidaat op het oog.
Tjallings weigering leidde ertoe, dat het paar besloot te vertrekken. Tjalling schakelde na de ontdekking van haar vertrek de grietman van Leeuwarderadeel in, een oom van Foockeltje, namelijk Hessel Roorda van Eysinga. Deze was een collega van Tjalling, zelf grietman over Rauwerderheem. Samen besloten ze met een groep van circa 35 gewapende mannen op zoek te gaan, en wel op maandagavond 11 december 1648. Ze meenden dat het paar zich verborgen hield op de Beslingastate. Maar daar was geen spoor van beiden te vinden.
Twee vrouwen die zich te Beslingastate bevonden werden scherp ondervraagd door de teleurgestelde achtervolgers, maar zonder resultaat. Ook een nabij gelegen boerderij werd tevergeefs doorzocht.
Het paar bleef weg, en huwde te Friens, gelegen naast Beslingastate, op 27 mei 1649. Waarschijnlijk was Foockeltje zwanger, want hun kind werd snel daarna geboren maar overleed kort daarop. Hieruit valt op te maken dat het paar zich had weten te verzoenen met haar familie. De komst van een kind zal zijn opgevat als een fait accompli, waarna verdere tegenwerking niet langer zinvol werd geacht.
Meer, D.J. van der, Friens en de Van Sytzama’s (Alphen aan den Rijn 1994) 7-9; 87.
NL-0400410000 (Tresoar) Archiefnummer 14 Hof van Friesland,1504-1811, inv.nr. 16518 (1649).